Vaderspreuken uit de Egyptische woestijn I
Vanaf midden vierde eeuw moet het in de Egyptische woestijn een drukte van belang zijn geweest van kluizenaars en monniken. Deze Egyptische ascetenwereld had een grote uitstraling, zowel in Oost als in West.
De wereld van de woestijnvaders – en een paar woestijnmoeders – kennen we, behalve uit het Leven van Antonius, vooral uit de Vaderspreuken, uit de jaren 330-460. Een bont geheel aan spreuken, gesprekken en korte verhaaltjes. Allemaal drukken zij, vaak met een ‘clou’, een bepaalde wijsheid uit.
In de spreuken zien we tal van bijzonderheden uit het ascetisch woestijnleven in de praktijk van alledag. Zo kunnen we de geestelijke zoektocht van de vaders en broeders van nabij volgen.
En al die wijsheid wordt in de Vaderspreuken gebracht op een manier die vaak zo down-to-earth is, soms op het humoristische af, dat ze in hun directheid ook tegenwoordig nog kunnen aanspreken.
Van deze Vaderspreuken is hier de systematische collectie vertaald, voor de helft; een tweede deel volgt te zijner tijd.
De vertaling is gemaakt door de Vertaalwerkgroep Sint-Adelbertabdij Egmond. Het Nawoord in de uitgave biedt meer informatie over de wereld van de Vaderspreuken en hun achtergrond.